Vooral de laatste dagen van jou leven,
Was het moeilijk om aan te zien.
Om iemand zo hard te zien vechten,
Voor hooguit 4 dagen nog misschien.
Wat was het moeilijk om te weten,
Een lange tijd vol onzekerheid.
Tegelijkertijd weer af te vragen,
Nog hoeveel uren, hoeveel dagen?
En dan zit ik weer aan je bed,
Een stilte, mijn gevoel niet uit te leggen.
Waarom is praten toch ineens zo moeilijk,
Terwijl ik nog zoveel had willen zeggen.
ze is er nog steeds, maar lijkt zo ver weg.
Ik zit zwijgend naast je, en kijk nog een keer.
Ik zeg nog wat woordjes en geef je een kus,
Ik sta op, kijk en ga dan weer.
Voordat ik ging, draaide ik me nog een keer om,
Een kleine glimlach staat op haar gezicht.
Lieve ogen kijken me aan.
Ik glimlach terug en haar ogen gaan dicht.
vragen malen door mijn hoofd,
beelden flitsen zonder doel.
Mooie herinneringen komen op,
En ineens weer dat vreemde gevoel.
ik ga terug de kamer weer binnen, weer die stilte,
Ik geef haar een kus op haar wang.
Plots weer die tranen in mijn ogen,
Oh oma, ik ben zo bang.
Ik pak haar vertrouwde warme hand,
En voel het stromende bloed.
Ik hoor haar zachtjes zeggen,
Stil maar kindje, het komt wel goed.
Overal neem ik deze gedachte mee,
Totdat ik zie, dat ze op weg is naar boven,
Op weg naar de hemel,
Maar ik kan het nog steeds niet geloven.
Dit is niet waar,
Dit doe je me toch niet aan?
Totdat ik zelf zie,
Dat je echt bent heengegaan.
Vanaf dat moment stortte mijn wereld in,
Mensen steunen, maar het helpt niet.
Niks helpt, alles is alleen maar leegte,
Ik voel alleen maar een groot verdriet.
en dan zie ik je weer in dat bed,
De tranen stromen over mijn gezicht.
Ik kijk, nog steeds die glimlach om jou mond,
Maar dit keer met je ogen dicht.
Ik leg mijn hand weer op die van haar,
Maar ik voel niet meer dat stromende bloed.
Toch in gedachte hoor ik haar nog zeggen,
Stil maar kindje, het komt wel goed.
Oma, i love you.