Het is een magere troost dat alles moet verdwijnen en ik je hoe dan ook op een keer toch zou moeten missen.
Bijvoorbeeld door de dood.
Ik hou van je,al kunnen we waarschijnlijk niet meer worden wat we vroeger waren of dachten te zijn.
Geen verhalen over afkeer,waanzin of grote trouw.
Ik verlang naar toen terwijl ik ouder word,ik denk nog veel aan jou.
( Tom Lanoye 1987)