Tot mijn grote spijt is het mij door omstandigheden niet mogelijk om de uitvaart van Harry Dille op 21 mei bij te wonen. Graag had ik hem bij die uitvaart de laatste eer bewezen en had ik na afloop in restaurant ‘De Steenoven’ herinneringen aan Harry gedeeld. Ik ben er zeker van dat er heel wat te vertellen zal zijn. Mijn herinneringen deel ik op deze manier.
Mijn belangrijkste herinneringen stammen uit de tijd rond en na 1967. Ik was ontspoord in mijn eigen leven toen ik in aanraking kwam met Harry en Vronie. En Arjen. Niet meer thuiswonend – ik was amper 15 – en toen al niet meer welkom op een paar tijdelijke opvangadressen, boden zij mij een dak boven het hoofd. Met strikte afspraken! Om het in de woorden van de paardenwereld te zeggen: ‘door Harry werd mij het bit stevig in de mond gelegd’. Het mes sneed aan meerdere kanten. Ik had onderdak; kon van daar uit mijn middelbare school afmaken en had me weer in te passen in een regelmatig leven. Aan de andere kant was ik oppas voor Arjen; had deels zorg voor de stal en paarden; en kluste vaak mee op de vrije zaterdag. Het was niet altijd makkelijk. Achteraf verhaalde Harry graag over de situatie waar hij mij ’s-nachts uit het café had opgevist en waar me vervolgens drie maanden huisarrest gaf. Ja, ja Harry hield niet van halve maatregelen en Vronie heeft nog wel eens tussen hem en mij moeten bemiddelen.
De afloop was goed. Ik rondde de school (Rijks HBS Helmond) af en vertrok voor studie naar Rotterdam. De contacten verwaterden. We hadden sporadisch contact. Dierbaar is de herinnering aan 1997 toen Harry en Vronie verschenen in mijn nieuwe woning in Deventer om daar ook mijn – toen kersverse – echtgenote Laura Stone te ontmoeten. De hartelijke omarming die Harry ons beiden gaf is voor haar nog steeds voelbaar.
Onze laatste contacten waren in 2014 toen mijn vader op sterven lag. Laura en ik kwamen meer in Brabant en daarmee ook weer in de buurt van Deurne. De omstandigheden daar waren veranderd en ook pijnlijk. Maar Laura en ik hadden een buitengewoon plezierig en warm contact met Harry, Anneke en Marie-Louise. Harry was gekwetst, maar ongebroken, zoals de rouwkaart aangeeft.
In mijn hart houden hij en zij die hem omringden een warme plek. Als ik aan Harry denk, dan denk ik aan een grote man met hele grote mond, maar met een klein en teer gevoelig hart. Ik ben dankbaar voor wat hij in mijn leven betekende.
Deventer, 18 mei 2016
Fred van Welsem