In Memoriam, voorgelezen door Petra en Robert, zus en broer van Michiel
Michiel, lieve en gekke broer,
Vorige week rond deze tijd troffen papa en mama je heel ziek thuis aan. Je was niet op je werk verschenen. Niks voor jou natuurlijk, dus je collega had Mama gebeld.
Toen snel met de ambulance naar het ziekenhuis. Je had een hele hoge bloedsuikerspiegel, was verward en benauwd, maar wel aanspreekbaar en blij om je ouders te zien. Nadat je stabiel leek te zijn op de Intensive Care gingen papa en mama weer naar huis. Maar een uurtje later ging het helemaal mis en raakte je in een diepe coma.
We zijn allemaal naar het ziekenhuis gekomen. Jolien en Henk leefden mee vanuit New York. Samen hebben we gebeden om je herstel en God gesmeekt om bij ons te blijven.
De behandeling ging de hele nacht door en papa en mama bleven bij je. De volgende ochtend waren we er weer, om bij jou te zijn en hen te steunen.
Nog geen 24 uur tussen vrees en een klein beetje hoop. Intensief, bizar en heftig. s ’Middags kwam het bericht dat je hersenen onherstelbaar beschadigd waren en moesten we definitief afscheid van je gaan nemen. Je ging rustig heen naar je God en Vader en op dat moment brak de zon door op een druilerige en grijze dag.
De rest van de week gaat in een roes voorbij, en samen halen we herinneringen op en kijken naar foto's. We zien je daar als een grappige, avontuurlijke, en zorgzame zoon en broer.
---
Op foto’s sta je altijd breed lachend. Lol maken zit in je bloed. We herinneren ons bijvoorbeeld allemaal de grap met de zakdoek in je oor.
Je was er altijd bij als er iets te vieren of te doen was. Al kwam je soms op je eigen tijd en je eigen manier.
Neefjes en nichtjes, maar wij ook, kregen nooit een gewoon kadootje voor een verjaardag of geboorte. We lachen nog steeds om “Lust je nog haverMaud?”.
En dat was echt niet de enige keer dat je cadeau rechtstreeks uit de supermarkt kwam.
Als we een weekendje weggingen, kwamen je streken boven en sleepte je de kinderen mee op avontuur: een gps-tocht uitzetten met Joran en Nico, hout verzamelen voor een illegaal kampvuur en meer van dat soort gekkigheid.
Als trotse oom zocht je je eerste Latijns werkboek op voor Joran, dat was vorig weekend en het laatste appje van jou in onze groeps-app.
Je bent ons in veel dingen voorgegaan. Je was immers de oudste. Dus alles wat jij deed, gingen wij ook doen. En soms juist niet.
Van jongs af aan was je avontuurlijk en veel buiten. Een ondeugende kleuter die gewoon omdat hij daar zin in had, zijn T-shirt kapot knipte.
En die in de caravan van de buren ging kijken. Er zijn verschillende versies van dit verhaal in omloop. Als je ze samenvoegt, dan is het dak gesloopt, de caravan in brand gevlogen en ben jij opgepakt door de politie.
Dit is wel gebaseerd op de verhalen die jij zelf hierover vertelde, dus het zou kunnen dat dit hier en daar lichtelijk overdreven is.
Later ging je als elfjarige op de fiets naar opa en oma in Zeeland. Daarna fietste je met je vriend Erwin heel Nederland door.
Op je 15e was het tijd om het buitenland te verkennen. Dus fietsten jullie samen naar Parijs.
Het avontuur is altijd blijven lokken. Zoals een stage in Bangladesh. Je was de eerste van ons die zo ver weg ging. Je hebt meer gereisd dan wij allemaal bij elkaar.
Je hebt gereisd door Brazilië om vrijwilligerswerk te doen in de sloppenwijken, vooral via de stichting Aprisco. Daar lag je hart, en je hebt veel voor hen betekend.
Ook in Nederland zocht je het avontuur op. Je werd een zeezeiler en zeilde mee in de North Sea Regatta.
Een keer kreeg je ons als broers en zussen ook zover om mee te gaan de Noordzee op. “Lachen toch?” Alleen had het net die dag daarvoor gestormd met windkracht 10. Of 11 of 12 of zo.
We mochten nog net uitvaren en volgens jou zou het allemaal wel meevallen. En dat deed het ook. Volgens jou dan. Wij hadden allemaal gruwelijk spijt dat we aan boord waren gegaan. Pas nadat we aan de reling gezekerd waren, konden we iets ontspannen. Toen jij bij Hoek van Holland nog verder wilde gaan, konden we je gelukkig overtuigen om maar terug te gaan.
Jij genoot om ons te laten zien dat geen zee te hoog is om te trotseren en bracht ons veilig terug in de haven.
Je ging ook graag vliegeren. Je ontwierp die vliegers soms zelf. En kreeg dan mama zo gek om ze te naaien. En niet gewoon 1, maar meteen 4 achter elkaar. Stefan en jij gingen in het Groenhovenpark de vlieger testen. Dat werkte nooit omdat er veel te veel bomen stonden. Maar jullie hadden wel plezier.
Je hebt ook een aantal jaar op voetbal gezeten. Dat bedoelen we vrij letterlijk. Je zat merendeels op de reservebank om dan de laatste tien minuten in te vallen, als je niet al onder de douche stond.
Dat is ook een kant van jou. Er wel bij zijn, maar niet zoveel uitvoeren. Vooral in het huishouden. Jij was de eerste van ons die huiswerk moest doen voor school en wist dat dan zo te draaien dat je niet hoefde af te wassen. Dat maakte trouwens geen verschil. Want als je wel moest helpen, bleef het meestal ook beperkt tot een theedoek die om je arm hing of een aardappelschilmesje in je hand. Het enige huishoudelijke wat jij goed kon was opscheppen…
Terwijl wij het werk deden, vermaakte je ons met je sterke verhalen. Of je liep weg en zei je dat we even door het keukenraam naar buiten moesten kijken. Daarna volgde een harde knal. Stond je blauwe en zwarte strijkers af te steken. Zakkenvol had je. Of papa en mama wisten hoe zwaar dit vuurwerk echt was, dat betwijfel ik.
Ze wisten trouwens wel meer niet. Bijvoorbeeld als wij ’s avonds moesten oppassen op de jongsten. Nou ik dus. Terwijl ik hun tanden stond te poetsen, pakte jij de metalen prullenbak en je luchtdrukpistool. En pap en mam maar afvragen waar al die putjes in de prullenbak vandaan kwamen.
Toch jammer dat je (als een van de laatsten) afgekeurd bent voor de dienstplicht.
---
Als oudste was jij ook de eerste die op kamers ging. Voor ons als kleine broers en zussen was het machtig mooi om een dag en nacht naar Wageningen te gaan. Naar het Asserpark.
Een vieze studentenkamer met lege bierflessen, asbakken, pizzadozen en een piano in het midden. Het leek wel wat op Jiskefet, waar je een groot fan van was.
Voor ons een inspiratie om ook snel in het studentenleven onder te willen duiken. Behalve dan voor Petra, die daarom juist afzag van dit vreemde leventje.
Je deed daar graag cabaret en andere optredens. Samen met neef Ben maakte je naam in het Wageningse studentenleven.
Na je studie ging je aan de slag bij Hortimax. Wat je precies deed, kunnen wij ook niet vertellen. Het was technisch, en iets met klimaatbeheersing en tuinbouw.
Maar je was daar op je plek, had het erg naar je zin en trots op wat je deed. Op je prikbord in de keuken verzamelde je badges van conferenties en beurzen.
Tuinieren zat in je bloed. Op de Egelantierlaan had jij al tuinbouwtunnels gemaakt van echt landbouwplastic en beregening via ketsdoppen. Whatever that may be.
Je hebt ook jaren als vakantiebaantje bij Van der Starre en andere boomkwekerijen gewerkt. Waar wij dan later ook aan de slag gingen. Soms kreeg je dan een veelbetekenende blik: o, ben jij een broertje van Michiel….?
Michiel, je zat nooit stil. Je had altijd weer nieuwe dingen en avonturen. In je jeugd zat je op orgelles. Later ging je ook bezig met keyboard, gitaar, mondharmonica en zelfs een accordeon. Wat heb je niet geprobeerd? Je had vast nog eens een drumstel willen hebben.
De laatste tijd was je ook bezig met filmen en daar had je een behoorlijk professionele camera voor gekocht. Je maakte bijvoorbeeld een Youtube-filmpje van het Kerstwandeltheather hier in Den Haag. Toen je bij ons op kraambezoek kwam voor Boas, kon je maar niet ophouden te vertellen over dit mooie project.
Je ging ook samen met Shirley evangeliseren op de boulevard van Scheveningen of bij het kampvuur op het strand. Allemaal om mensen met Jezus in aanraking te laten komen.
Je was dus heel actief en altijd druk en bezig.
Ook als ceremoniemeester op de bruiloft van Jolien en Henk.
Of in de Haage gemeenteraad voor de ChristenUnie/SGP.
Misschien had je daarom ook zoveel troep. En dat moesten wij dan maar weer komen verhuizen. Drie trappen op en weer af, dwars door Den Haag en maar slepen met je spullen. Maar ja, een beetje eigenwijsheid is ons allemaal niet vreemd.
Ook al was je altijd druk bezig, je toch vooral lief en zorgzaam voor de mensen om je heen. Ook, en juist voor mensen die het moeilijk hadden. Mensen ver weg en mensen dichtbij. Bijvoorbeeld in de Morgenstond gemeente waar je de laatste jaren lid was.
Of voor Oma Volmer. Dan nam je haar mee om een tochtje te maken in die gele kanarie van je, en jullie hadden mooie gesprekken.
---
Michiel, we herinneren je als een grappige, avontuurlijke en zorgzame zoon en broer. Je leefde vanuit je geloof en je bewogenheid voor Jezus, en de stad en de wereld. Je mag nu bij je Heer zijn. Dat geeft ons troost door alle verdriet en gemis heen.
In november vierden we nog je 40e verjaardag. Je kreeg van ons een bon om een avontuur te doen. Misschien een parachutesprong. Of naar de sauna, grapten we nog. Dat zou voor jou ook een avontuur geweest zijn.
Je bent er niet meer aan toegekomen. Wat had jij graag nog zoveel meer ondernomen. En wat hadden we je graag nog langer in ons midden willen hebben. We missen je. En dat gaan we nog veel doen. We weten ook dat het voor jou nu goed is. Jouw avontuur gaat in de hemel verder.