Mijn verhaal gaat terug naar het jaar 1991. De Muur was net gevallen. Rita, mijn schoonzusje, was toen 36 jaar jong.
In die tijd kwam Rita vaak bij ons, en waarom? Wij hadden 2 van die kleine mannetjes waar Rita stapelgek op was: Guus en Emiel.
Op een dag viel mijn oog op een advertentie in het huis-aan-huis -blad van Nieuwegein. Het ging over een busreis naar Berlijn. Voor 4 dagen. Jee, dacht ik, daar zou ik graag naar toe willen, en graag met Rita. Met z’n tweetjes. Eventjes weg van de dagelijkse drukte in het gezin. Ik belde Rita meteen diezelfde avond nog op. Heb je zin om mee te gaan?
Rita was meteen enthousiast. Wel moest ze haar diensten ruilen om mee te kunnen gaan. Eind van de volgende ochtend belde ze mij al terug : Carla, het is gelukt, ik ben vrij, we kunnen gaan!!
10 dagen later al zaten wij in de bus naar Berlijn. We stapten op in Utrecht. Op het Jaarbeursplein. Halverwege zaten 2 mannen, een van ongeveer 70 en de jongste van de twee was rond de 40. Wij begrepen dat ze geen bekenden waren van elkaar. Wel waren ze allebei opgestapt in Rotterdam en waren voor de gezelligheid maar naast elkaar gaan zitten. Wij gingen achter hen zitten. Onderweg was er zo nu en dan wat contact. Een vraag over een puzzeltje herinner ik me.
De volgende ochtend zaten Rita en ik in het hotel aan het ontbijt. Het was er druk. Bijna alle stoelen waren bezet. We zagen de jongste van die twee mannen van de bus, zoeken naar een plekje. Bij ons tafeltje stond een lege stoel. Hij liep op die stoel af en vroeg aarzelend of hij daar mocht zitten. Natuurlijk mocht dat. Hij stelde zich voor : Ik ben Kees Schoolenberg.
Die voorzichtige kennismaking aan het ontbijt duurde maar kort, want de bus stond al klaar voor de excursies die we die dag zouden gaan maken.
’s Avonds bij het diner was er meer tijd. Toevallig kwam (ging?) Kees tegenover Rita zitten. Aan haar vertelde hij zijn verhaal over het plotselinge overlijden van zijn vrouw Hannie. Het luisterende oor van verpleegster Rita deed wonderen. Bij hun alle twee. Van de 2e en 3e dag heb ik niet echt meer herinneringen. Wèl van de laatste dag. Dat is deze.
Bij het afscheidsdiner in Arnhem namen we nog wat foto’s. Kees zat ook aan onze tafel en toen moet Rita gedacht hebben : dit is mijn kans. Zij vroeg aan Kees zijn adres, want zo zei ze : als de foto’s gelukt zijn, kan ik ze naar je opsturen. En zo schreef Kees, op een klein briefje met zijn prachtige handschrift zijn adres in Rotterdam op.
Toen de foto’s ontwikkeld waren dacht Rita, natuurlijk kan ik ze opsturen maar ik kan ze natuurlijk ook gewoon zelf gaan brengen. Aldus geschiedde. Met een smoesje van dat zij “toch in de buurt moest zijn” drukte ze op een mooie zondagmiddag thuis bij Kees op de bel.
Wat er toen gezegd en gevoeld is, weten we niet. Wat we wel weten is dat hun harten vanaf die tijd voor altijd met elkaar verbonden waren.
P.S. nog een toevalligheid….. Kees wilde eigenlijk busreisje naar Praag boeken. Echter die reis was volgeboekt en dacht : dan ga ik maar naar Berlijn !