Lieve Hans,
lieve mensen die zo getroffen zijn
door het ploselinge en wrede verlies van een dierbare,
Vandaag hadden we - in het kader van de week van gebed voor de eenheid - een oecumenische viering. We hebben psalm 64 gelezen in de vertaling van Gabriël Smit. Mijn gedachten gingen uit naar jou en allen die je achterliet, en ik wil graag de woorden van die aangrijpende psalm die zo actueel is met jullie delen.
Afschuwelijk, niet te dragen,
woedend van machteloos verdriet
onderga ik de verschrikking om
de vijanden van wat in deze wereld
goed wil zijn, de sluipmoordenaars
die uit hun helse hinderlaag
schieten op mannen die duizenden
hoop geven,een droom van vrijheid,
kracht van een nieuwe toekomst.
De mens is een onbegrijpelijk
wezen, niemand weet ooit wat in zijn
hart kan omgaan, waarom, waartoe
zijn grauwe haar het goede geen
kans gunt, zijn woede een werkelijk
levende van zijn vrienden wegsleurt,
ontsteelt aan het uitzicht van
die in hem een nieuwe wereld
zien, een morgenlicht van geluk.
Die het zien, verslagen achtergebleven,
leven in vrees, durven hun eigen
recht niet aan, zoeken gerechtigheid
die verder reikt dan hun kleine
woorden, hun onzekere handen,
willen veilig zijn in een dag van
vrijheid die zij zelf, alleen, niet
kunnen vinden, zingende schuilen
in een nacht zonder doodsangst.
Heel veel sterkte.
Moge de vonk van goddelijke liefde
die in het hart van ieder mens schuilt
alle kwaad overwinnen.
Liefs,
Jolanda