Lieve Joey,
Een van mijn eerste herrinneringen aan jou was dat je een jaar of drie was. Ik was jarig en vierde het met de familie op mijn studenten kamer in Haarlem. Toen ik drankjes aan het uitdelen was vroeg ik: Joey, jij ook een biertje? Je moest lachen en zei; neeeee, bier is voor mevrouwen en voor meneren. Je vond het een goede grap.
Frouk was in die tijd als de dood voor kleine kinderen. Ze wist nooit hoe ze met hen om moest gaan of wat ze tegen hen moest zeggen en negeerde ze de meeste tijd. Toen het tijd was om naar huis te gaan liep je heel resoluut naar Frouk toe en zei; Jij mag helpen mijn jasje aan te doen. Alsof je door had dat ze zich ongemakkelijk voelde en haar een opening gaf tot contact.
Toen je 9 was en Nori 6 kwamen jullie samen bij mij logeren. Omdat onze opa en oma niet echt een verwen opa en oma waren (ze verwenden wel met aandacht, maar niet met speelgoed, rommel en vette troep om te eten) en ik vind dat iedereen in zijn leven iemand moet meemaken waardoor hij of zij gruwelijk verwend wordt, besloot ik jullie verwen nicht te worden. We gingen boodschappen doen en jullie mochten alles in de winkelwagen gooien wat jullie wilden. Dit waren jullie duidelijk niet gewend. Tijdens zo’n weekend aten we dus doorgaans 2 of 3 dagen friet.
Toen we een ijsje gingen halen en jullie over jullie smaken aan het nadenken waren zei ik; jullie mogen ook wel drie bollen. Nori zei toen; Van mama mogen we nooooit drie bollen. De volgende dag gingen we weer een ijsje halen en jullie waren toen hardop aan het bedenken dat jullie nu misschien maar beter 1 bol konden nemen omdat jullie er de dag er voor drie hadden gehad. Jullie konden bijna niet geloven dat jullie nu weer 3 bollen mochten. Ik vond het echt een genot om zulke lieve welopgevoede kinderen te kunnen verwennen.
’s Morgen werd ik dan wakker van gegiegel en gestommel op de logeerkamer en Nori’s geroep dat jij zulke dikke billen had. Op een gegeven moment hielt dat dan op en dan hoorde ik vier voetjes richting mijn kamer sluipen, de deur langzaam open gaan en gefluister: nee, ze slaapt nog, we moeten nog iets meer lawaai maken…
Je noemde jezelf in die tijd een wetenschaps jongentje. Je had een brede interesse en vond het leuk om proefjes te doen. We zijn in die tijd nog naar het Teylers museum geweest en hebben toen nog een klokje gekocht waarme je kon aantonen dat je stroom uit een aardappel kon halen. Ook had je iets gehoord over cola fonteinen als je er een mentos of zo in gooide. Dat hebben we op een van de logeerpartijtjes ook nog geprobeerd. Daar stonden we, verscholen achter onze paraplu’s. Die bleken een beetje overkill te zijn aangezien onze cola fontein ongeveer 10cm hoog werd.
Toen we tijdens een logeerpartijtje door de stad liepen en aan het bedenken waren wat we eens zouden gaan eten, kwame we langs Mc Donalds. Nori zei: alle meisjes uit mijn klas hebben wel eens bij de Mc Donalds gegeten. Ik heb nog Noooooooit bij de Mc Donalds gegeten. Ik zei toen; O, daar mis je niets aan hoor, de Mc Donalds is een commerciele reclame toestand, maar het eten is eigenlijk helemaal niet lekker. Nori; maar alle meisjes uit mijn klas zeggen dat het heel lekker is. Jij viel mij gelijk bij en zei dat Mc Donalds helemaal niet lekker was. We waren partners in crime in Nori een klein beetje plagen met haar wens naar de Mc te gaan. Uiteindelijk hebben we besloten een vergelijkend waren onderzoek te doen. Daarna hoefden jullie niet meer zo nodig naar Mc Donalds.
Jullie zijn ook nog eens met zijn drieen komen logeren, toen vermaakte je jezelf vooral met Suske en Wiskes.
Tijdens je middelbare school tijd verwaterde het contact. Zoals helaas bij meer pupers en adolescenten, verliep die periode niet vlekkeloos voor je. Ik weet daar het fijne niet van.
Toen ik een jaar of 2 geleden moest verhuizen en mijn verhuizers zeiden een paar dagen van tevoren af, zat ik met mijn handen in het haar. Toen ik je belde en om hulp vroeg , was je gelijk bereid me te komen helpen. Ik had er toen geen idee van hoe enorm uit je comfort zone je stapte om mij te komen helpen. Naast dat er gelukkig een hoop mensen in de wereld zijn die best bereid zijn voor een ander klaar te staan, zijn er een hoop mensen in de wereld die anderen niet helpen omdat het gewoon niet uitkomt of omdat ze er geen zin in hebben. Er zijn er echt niet veel die above en beyond gaan en iets doen waar ze eigenlijk heel erg tegenop zien om een ander te helpen. Dit zegt een hoop over de persoon die je was.
Je hebt toen nog een aantal dagen gezellig bij mij gelogeerd. Later heb je nog kerst in Aardenburg gevierd en was er weer meer contact. Helaas kwam toen Corona waardoor de wereld voor iedereen en ook voor jou heel klein werd.
Ik mis wie je was en wie je zeker nog had kunnen worden.