Ons vroege gezinsleven stond in het teken van onze reislustige ouders
Als missionaris en later expat gezin waren we altijd “on the move”.
Voor zijn vijfde, had Andres met ons, al meer landen bezocht dan menig Nederlander in zijn hele leven. Zo werd Andres als kleine baby door een ongewassen sherpa in Nepal naar basecamp 1 gedragen. Al snel vervulde Andres een bijzondere plek in ons gezin.
Een schatje, die onbezorgd met zijn knuffel, die Knukkel hette, vrolijk door het leven stapte. Hij deed zijn ding en als er mot was, dan ging Andres wel ergens anders spelen “maakt mij niet uit”. In dat opzicht zie ik soms veel van Andres terug in zijn kinderen. Andres vond het allemaal prima.
Met zijn sympathieke verschijning omringde hij zich waar dan ook met vriendjes en vriendinnetjes met wie hij op zoek ging naar het volgende avontuur.
Een echte allemans vriend die graag bij Ma in bed sliep als Pa weer eens van huis was. De aantrekkingskracht van het mannetje bleek al snel niet onopgemerkt te blijven bij het andere geslacht.
Als eerste in het gezin (ik schat hem 5 of 6) kreeg Andres verkering.
Joestna, een mooi geadopteerd Bengaals meisje met wie getrouwd ging worden, zei hij met zijn Knukkel in de hand. Die knukkel was hem heilig, daar maakten wij als broers of zus geen grappen mee.
Het ding stonk uren in de wind maar mocht onder geen beding gewassen worden.
Ten einde raad naaide Ma er een nieuw stuk aan dat een week de tijd kreeg om de heilige lucht over te nemen waarna het oude stuk losgetornd werd en in de prullenbak verdween.
De basisschool doorliep Andres voorbeeldig.
Dit veranderde toen - net als bij zijn broers en zus – de pubertijd aanbrak.
En dat was puberen met de hoofdletter P. Andres ging zijn eigen weg op zoek naar onafhankelijkheid.
Er werd hard en veel gewerkt, behalve aan goede cijfers op school.
Trots was hij op zijn eerste baantje bij de Oude Tol.
Er moest geld op tafel komen voor een brommer (de sleutel naar vrijheid en broedershap).
Deze stond dan ook al op zijn veertiende klaar in de schuur.
Het leven bood zoveel meer dan alleen school.
Met de brommer op vakantie, stappen, chillen met zijn vrienden, wat een mooie tijd was dat. Kenmerkend is het verhaal dat Andres na een examen tevreden op de bank zat en vertelde hoe makkelijk dat examen wel niet was, tot Ma een belletje van school kreeg dat Andres als de bliksem terug mocht komen om de andere helft van het examen af te maken.
Later, toen we studeerden kwam er meer balans en ging het beter met de resultaten.
In die tijd leerde hij Mirjam kennen en dat maakte het plaatje compleet. Haar energie en lach waren niet te missen.
Er kwam focus op de toekomst en de drive om samen alles uit het leven te halen.
Wat was Andres trots op zijn Mirjam!
Andres werd volwassen, maar de gekkigheid en zijn kraaloogjes zijn gelukig nooit verdwenen. Andres bleef altijd het volgende verhaal maken.
Ik zie hem nog staan bij de rechtbank in Utrecht, lullend als brugman om onze luchtbuks terug te krijgen.
Hij genoot van het podium en had de wereld wel wat te vertellen.
Weer iets wat Andres nooit verloren heeft maar nu toch moet loslaten.
Andres zag kansen waar anderen die niet zagen.
Een zondagskind die alles bereikte wat zijn onderwijzers als onbereikbaar voor hem achtten. Andres fixte het gewoon.
Niet anders ging hij, de afgelopen vijf jaar, ook om met slecht nieuws van de artsen.
“Heel verdrietig, maar dit moet mij wel wat brengen”, en “Maar wat kan er nog wel”.
Met diep respect kijk ik terug op hoe hij deze uitdaging aan ging. Kwaad was hij nooit. “Dit komt op mijn pad en hoe verdrietig ook, ik ga hiervan leren. Hoe word ik een nog betere partner en hoe word ik nog een betere vader. Hoe leg ik contact met mijn gevoel en hoe leer ik mijn lichaam te vertrouwen?
Wat zijn nu de dingen in het leven waar het echt om draait." Andres sprak meer en meer over verbinding. “Als je het leven stript van alle onbelangrijke zaken dan bijft alleen verbinding over."
Andres wist wat er komen ging daar had hij geen angst voor.
Zorgen waren er wel om het verdriet bij Mirjam en de kinderen.
Vol bewondering heb ik gezien hoe Andres zijn hulptroepen heeft gemobiliseerd om daar de komende tijd bij te gaan helpen.
Lieve Andres, ik heb je reis vanaf de zijlijn mogen meemaken en dat heeft mij veel gebracht. Je hebt me geleerd niet boos te zijn over wat je is overkomen en te focussen op dingen die er echt toe doen.
Ik heb je 45 jaar mogen memaken. Ik heb met je gespeeld, ruzie gemaakt, taxi gereden, gefeest, gestudeerd, gereisd, gewoond, veel in Zweden geweest en voor het graf van onze vader gestaan.
Dit alles – en nog veel meer wat ik nu nog niet kan bevatten - moet ik zonder jou gaan doen. Jij bent onderdeel van de man die hier nu staat.
Zonder jou geen Dohan. Zonder jou geen prachige gezinnen van Ma en Mirjam.
God, Wat ben ik trots op jou.
Lieve Andres, ik weet, jij gaat nu door en ik wil je bedanken voor de mooie rugzak die je ons gegeven hebt om dit verdriet aan te gaan.