Onze eerste herinneringen aan Ferry (Fer zoals wij hem noemen) gaan ver terug in de tijd:
- zijn rake stukjes als redacteur van de Sleutelring, leerlingenblad van het Lyceum in Breda (tegenwoordig heet dat, geloof ik, het OLV., ten onrechte)
- zijn acteerprestaties in de toneelstukken bij gelegenheid van de schoolfeesten van datzelfde lyceum, ieder jaar op 2 februari.
De mooiste herinneringen dateren, denk ik, uit zijn studententijd in Utrecht, met name toen hij woonde in wat wij de Monseigneur noemen. Fer was links, een lezer van het Parool in een huis waar met name de NRC werd gelezen. Hij bevond zich in zijn linksheid in goed gezelschap van Jans en Willem, hospita en echtgenoot.
Later is dat allemaal goed gekomen, hoewel hij, gelukkig maar, altijd een zwak heeft gehouden voor de zwakkeren.
Veel hebben we gediscussiëerd, veel hebben we gelachen.
Zijn uitbundige lach was welhaast zijn handelsmerk.
Schaterender kon zijn lach niet zijn dan bij het horen van het fameuze lied 'Kerstengel' van Drs P. We hebben dat lied nu weer eens beluisterd als stil, nou ja stil, eerbetoon aan Fer. De schaterlach was daar.
Na de studententijd kregen onze levenswegen elk een eigen loop en zagen we elkaar minder, maar altijd zijn we op de hoogte gebleven van elkaars reilen en zeilen.
De laatste jaren zagen we iedere keer weer uit naar onze lunchbijeenkomsten, samen ook met Guus en Anke. We hopen dat we met Marcelle die traditie kunnen voortzetten. In de geest zal Fer daarbij altijd aanwezig zijn, maar we zullen hem missen. Nu al.