Een stuk van mijn kern, mijn wezen stierf toen jij dat deed. Onzeker, bang, verdrietig en boos ben ik ervan. Mijn kijk op het leven is veranderd. Hoe kan ik verder zonder jouw. De tijd gaat door, maar ik niet. Ik wil in de tijd blijven waar jij nog hier bij ons was. Ik houd me vast aan hoe het was. Niet meer compleet, gebroken. Het kan niet, niet zonder jouw. In gedachte ben je altijd bij me, bij alles wat ik doe. Ik ben zo moe, en heb hoofdpijn. Van de weggeduwde tranen, het continue vechten met wat nu is en en met hoe het was.
Accepteren?, Verwerken? Hoe dan? Alles wat ik mee maak heeft een zwarte rand. Mooi maar.... Jeroen is er niet bij. Ik kan het Jeroen niet vertellen.
Volop genieten dat probeer ik voor jouw en daar faal ik ook volledig in. Ik wil het wel omdat ik weet dat jij het niet leuk vindt ons zo te zien. Jij wil dat we lachen, genieten en oprecht gelukkig zijn. Maar dat lijkt een onmogelijk doel.
Waarom? Waarom jij? Waarom mochten we geen afscheid nemen? Waarom heb ik daar nooit bij stil gestaan?
Had ik maar! Had ik maar beter opgelet! Had ik maar vaker gevraagd hoe voel je je? Had ik maar volop genoten van de tijd die we samen hadden. Had ik je maar vaker geknuffeld.
Elke dag zag ik je of sprak ik je. Dat is mijn enigste troost wetende dat we die tijd niet samen hebben verspild. En dat op de 2 mooiste dagen van mijn leven dat jij er was. Dat jij dit nog mee gemaakt hebt. En hebt kunnen zien hoe gelukkig ik toen was.
29 jaar lijkt veel maar als je op 80 jaar gerekend hebt en nooit beseft hebt dat het hier bij zou blijven. Dan doet het Verdomme pijn. Pijn in mijn kern in mijn wezen. Pijn in alles wat ik ben en nog zal zijn.
Ik mis je zo meer dan ik kan uitdrukken. Meer dan ik kan laten zien.
Mijn lieve, lieve broer Jeroen was je maar hier bij ons.